Het mede-eigenaarschap van het jonge kind in de artistieke performance
Startproject
Promotor: Annouk Van Moorsel
Het cultureel aanbod voor de allerjongsten is beperkt maar daarom niet minder kwalitatief: de laatste jaren kent het een ware schaalvergroting. Dit positieve nieuws brengt echter een vraag met zich mee: hoe zien wij dit jonge publiek als cultuurparticipant? Zijn de theatercodes op deze leeftijd relevant? Stellen we deze codes voldoende in vraag? Met welke factoren houden makers rekening wanneer ze creëren voor de allerjongsten? Kan de jonge toeschouwer deelnemen aan de voorstelling, niet in zijn conventionele vorm, als passieve toeschouwer, maar als actieve participant of als mede-eigenaar?
Dit startonderzoek is een voorstudie van het begrip mede-eigenaarschap toegespitst op het jonge kind (2,5- tot 4 jarigen). Het zal zich in de eerste plaats focussen op de vraag: wanneer spreken we van mede-eigenaarschap binnen de (podium)kunsten en hoe we dit kunnen stimuleren bij jonge kinderen. Welke opvattingen omtrent mede-eigenaarschap van het jonge kind binnen de kunsten bestaan er reeds in het academische/wetenschappelijke, artistieke en kunsteducatieve veld? Welke tools werden reeds ontwikkeld om het te stimuleren en waarin verschilt het van participatie of interactie?
Manon Avermaete
onderzoeker
Manon Avermaete zette haar eerste stappen als jonge performer bij fABULEUS. Na haar studie Moderne theaterdans aan de Amsterdamse hogeschool van de Kunsten werkte ze als performer bij zeer uiteenlopende gezelschappen in binnen-en buitenland.
Haar passie lag in choreografie, meer bepaald site-specific danstheater. In 2012 richtte ze haar eigen gezelschap Cie.Woest op. Het werken op locatie en in de publieke ruimte zorgde op een organische manier voor een nieuwe relatie met “de toeschouwer”. De conventionele scheiding tussen performers en publiek viel weg. Het onderzoeken van deze scheiding werd een constante in het werk van Manon. Niet alleen zocht ze meer toenadering tot haar publiek, de toeschouwer werd uitgenodigd deel te nemen aan de voorstelling. In haar laatste voorstelling “Balancing Bodies” onderzocht Manon de mogelijkheden in het samen-maken. De voorstelling kon enkel spelen wanneer haar publiek actief deelnam. De toeschouwer werd mede-maker, mede-eigenaar van de choreografie.
De ervaringen die Manon beleefde, wil ze in haar startonderzoek ‘Het mede-eigenaarschap van het jonge kind in de artistieke performance’ verder uitdiepen. Zij gelooft dat elk kind het recht heeft op kwalitatieve artistieke ervaringen.